“Niet goed genoeg”, “frustrerend” en “dom”. Suzanne Schulting laat haar zelfkritiek zien na het missen van de WK-finale op de 1.500 meter. Een valpartij in de halve finales leidde ertoe dat de 26-jarige shorttrackster zaterdag haar titel als wereldkampioene op de langste afstand verloor.
Met nog enkele ronden te gaan, op de vierde plek schaatsend, werd Schulting ten val gebracht door de Hongaarse Rebeka Sziliczei-Nemet, die naast haar reed en zelf een duwtje kreeg van de Chinese Zang Yize.
Of ze nu omver werd geduwd of niet, Schulting richt zich op haar eigen acties. “Ik zat echt te ver naar achteren gedrukt”, legt ze uit. “Met nog vier, vijf ronden te gaan wilde ik aan de buitenkant passeren, op het moment dat de snelheid het hoogst was. Dat was gewoon niet slim.”
Met wat meer geduld had ze meer kunnen bereiken, voegt ze eraan toe. “Aan het einde stopten Shim en Fontana helemaal”, verwijzend naar Shim Suk-hee en Arianna Fontana, die respectievelijk als tweede en derde eindigden. “Er lagen kansen. Het was mijn eigen domme fout.”
“Natuurlijk, ik had pech dat ik viel. Als dat niet was gebeurd, had ik een grote kans gehad om door te gaan naar de finale. Vallen hoort erbij”, relativeert ze enigszins. “Maar ik was gewoon niet goed genoeg. Dat is frustrerend.”
Geen B-finale
Schulting besloot de B-finale over te slaan om zich te concentreren op de andere afstanden. “Ik moet vandaag nog de 500 meter rijden en morgen de 1.000 meter. In een B-finale valt niets te winnen. Ja, ik schaats voor het thuispubliek, maar ik moet verder kijken dan dat.”